Het heeft een lange tijd geduurd om te begrijpen waarom ik steeds maar weer conflicten had met mijn leerkrachten en vervolgens mijn leidinggevenden. Mijn ogen gingen open tijdens de verschillende trainingen en opleidingen die ik de afgelopen jaren heb gevolgd. Wederom kan ik het niet laten en wil mijn conclusie met jullie delen. Ik voelde mij vaak onbegrepen en liet het dan maar weer op z’n beloop. In mijn schooltijd kreeg ik een nonchalante houding en vond het allemaal wel best. Deed er eigenlijk niet veel meer voor. Vooral de uitspraken van sommige leerkrachten deden mij de das om: “Meid jij komt er toch nooit!!”. Aangezien zij vast gelijk hadden paste ik mij maar aan en ging lekker actief worden buiten school. Leerkrachten, maar vooral werkgevers zeiden mij steeds: “meid er zit veel meer in je dan je laat zien. Je kunt veel beter, ja kan veel meer”. Maar ja, voor mijn gevoel liet ik juist veel zien, maar kreeg ik vooral te horen dat het altijd maar anders moest, dat ik het niet begrepen had, ik mij met mijn eigen werk moest bemoeien, dat het niet mijn taak was en wat ik dacht echt niet mogelijk was. In mijn ogen leek/lijkt het alsof mijn leidinggevenden het gevoel hadden/hebben dat ik de poten onder hun stoel aan het weg zagen was/ben, terwijl ik voor mijn gevoel juist loyaal ben naar mijn werkgever en aangeef hoe ik iets zie of zou doen. Hoe is het mogelijk dat dit gebeurt? Ieder mens is uniek. Een ieder van ons leert en communiceert op zijn of haar eigen manier.De één denk snel, de ander wat langzamer. De één heeft het één tot doel, terwijl de ander een ander doel voor ogen heeft. Persoonlijk ben ik een beelddenker. Hierdoor verwerk ik de informatie en prikkels die ik binnen krijg in beelden, filmpjes en/of plaatjes. Dit gaat merendeel in kleur en is inclusief geluid.Pas wanneer ik alle puzzelstukjes heb, begrijp ik de puzzel en is mijn plaatje of filmpje compleet. Als ik het einddoel (het plaatje) voor ogen heb, dan weet ik wat ik moet doen en nodig heb om bij dat einddoel te komen. Het probleem hierbij is echter dat ik een oplossing zie, maar daarbij vergeet dat ik iemand bij stap 1 aan de hand zou moeten nemen om deze stap voor stap naar dat einddoel te leiden.Doordat ik in mijn enthousiasme en mijn euforie van de oplossing aan het einde van mijn verhaal begin, zal een ander die een andere manier van informatie verwerking heeft, mij niet kunnen begrijpen. Hele stappen die nodig zijn op tot die oplossing te komen worden dan in mijn oplossingsverhaal overgeslagen. Deze persoon zal dan bij zichzelf denken: “wat zit die Mildred weer uit haar nek te kletsen, want dit kan helemaal niet”. Dit komt veel voor. Ook op school. Een leuk voorbeeld uit de training Ik leer anders ®. De juf gaat het hebben over het varken. Een van de kinderen vertelt aan de juf dat hij naar de bioscoop is geweest en een film over een varken heeft gezien. In de pauze van de film kreeg hij ook nog heerlijke popcorn. Het was zo gezellig. Een week daarna gaat de juf het hebben over de koe. Het zelfde kind meldt dat de hamburgers bij de Mc Donalds ook van koeienvlees worden gemaakt. Hij vindt deze lekker en ook de ballenbak is daar gaaf. Een week later gaat de juf het hebben over de kip. Het jongetje wordt helemaal enthousiast en vertelt dat hij een rubberen kip heeft voor zijn hond en dat de hond daar heel erg graag mee speelt. Ze spelen er werkelijk iedere dag mee!! De vierde week meldt de juf aan de klas dat ze de afgelopen weken de dieren van de kinderboerderij hebben besproken. Het jongetje snapt er niets van en is helemaal in de war. Kinderboerderij? Die is er helemaal niet bij de bioscoop. Er is ook helemaal geen ballenbak en onze hond mag er niet eens komen. Wanneer voor aanvang van dit project aan de kinderen, dus ook dit jongetje, was gemeld door de juf dat ze de komende weken de dieren van de kinderboerderij zouden bespreken, dan had dit jongetje de boodschap begrepen. Het einddoel was dan al bekend. Dit proces gebeurt ook bij volwassenen. Binnen een organisatie zijn allerlei processen en procedures.Hierbij is communicatie van groot belang. Voor een ieder dient duidelijk te zijn: Wie? Wat? Wanneer? Waarom? Hoe? Indien je deze 5 punten van te voren duidelijk maakt aan een ieder, dan voorkom je ontzettend veel misverstanden. Een voorbeeld uit eigen ervaring:Vanwege de wetgeving moet de organisatie een traject opzetten voor medewerkers.Aan mij wordt de vraag gesteld of ik weet hoe dat moet. Mijn antwoord is ja.Op de vraag of ik dit uit wil zoeken en op wil zetten is mijn antwoord wederom ja.In die tussentijd heb ik inmiddels al het einddoel voor ogen, check dit wel nog even of dit daadwerkelijk het einddoel is voor de organisatie en zodra dit bevestigd wordt ga ik aan de slag. Klinkt logisch, maar ……. Mijn einddoel heb ik voor ogen dat is zeg maar stap 100.Stap 100 bekijk ik in gedachten van alle kanten. Waar sta ik, wat gebeurt er en wat heb ik daarvoor allemaal nodig, hoe kom ik daar?Deze 100 stappen ga ik vervolgens allemaal, voor een ander chaotisch en door elkaar, uitvinden, in volgorde zetten, uitvoeren, administreren, uitwerken en viola, mijn prestatie is geleverd.Dit klinkt makkelijk, maar …… Dit komt over alsof je alles in je eentje wilt doen en niets uit handen wilt geven.De leidinggevende die een ander informatiesysteem hanteert kan de volgorde van werkzaamheden niet volgen. Deze ziet wel dat je volop bezig bent en dat er al veel van de grond komt, maar kan de eigen vinger niet op de werkzaamheden leggen.Op het moment dat deze vraagt aan mij wat ik allemaal aan het doen ben, zie ik het wel voor me, maar kan ik het nog niet uitleggen. Voor mij is het totaalplaatje van start en finish nog niet compleet. Het is voor mij dan nog niet mogelijk om vanaf stap 1 uit te leggen wat de bedoeling is. Doe ik toch een poging, dan start ik onbedoeld bij bijvoorbeeld stap 80 en heb ik dus 79 stappen overgeslagen, waardoor mijn verhaal onbedoeld onduidelijk wordt. Dit wordt vaak verkeerd begrepen en zo kan er een strijd ontstaan. Wanneer het gevoel van onzekerheid erbij komt wordt het voor de beelddenker nog moeilijker om het einddoel voor ogen te houden en/of de weg er naar toe aan te passen. Hierdoor zal de één afhaken en (de zoveelste) teleurstelling ervaren. De ander die het einddoel wel aan kan passen en/of voor ogen houdt zal de kracht en loyaliteit terug vinden om door te gaan om te bewijzen dat het wel mogelijk is en op een later tijdstip alsnog duidelijkheid verschaffen. Het laatste voorbeeld wordt dan ook een strijd, omdat deze alsnog zijn/haar kunnen wil bewijzen.In deze situatie ontstaan vaak de gesprekken in de vorm van: ja, maar …….. en ja,maar als …..Dit zijn situaties die voor beide partijen energie vreten en vallen daardoor ook in de categorie onplezierig. Hoe hiermee om te gaan? Wees duidelijk in de vraagstelling en stel hierbij grenzen. Bepaal gezamenlijk de richting en sta hierbij open voor ieders wereldbeeld. Toon interesse, houd respect voor elkaar en praat! Ieder gedrag heeft namelijk een positieve intentie en mensen zijn meer dan gedrag alleen! Mijn missie: “Wie is de persoon achter zijn of haar gedrag?” Wanneer je die persoon weet te vinden gaat er een wereld open!! Mildred van het SchipCoaching Lisse